Bejaagbare soorten en de wet

De bejaagbare soorten


Wat zegt de Flora-en Faunawet over bejaagbare diersoorten:
Art. 32 lid 1 van de Flora- en faunawet heeft de volgende diersoorten als wild aangewezen:
  • haas (Lepus europaeus),
  • fazant (Phasianus colchicus),
  • patrijs (Perdix perdix),
  • wilde eend (Anas platyrhynchos),
  • konijn (Oryctolagus cuniculus) en
  • houtduif (Columba palumbus)
Art. 32 lid 2 geeft aan dat:
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen de in het eerste lid gegeven
omschrijvingen worden beperkt ter uitvoering van internationale verplichtingen of
bindende besluiten van organen van de Europese Unie of andere  volken-rechtelijke organisaties.

Art. 32 lid 3 gaat op dit moment nog alleen over de patrijs:
De jacht wordt niet geopend op in het eerste lid aangewezen diersoorten voor zover zij staan vermeld op een door Onze Minister vastgestelde nationale lijst van met uitroeiing bedreigde of speciaal gevaar lopende soorten. (de rode lijst)
Op wild mag alleen worden gejaagd in de geopende tijd. Op alle andere diersoorten en op wild in gesloten tijd mag alleen worden gejaagd in het kader van beheer en of schadebestrijding. En dan alleen op basis van vrijstelling, aanwijzing of ontheffing.

Onderstaande diersoorten mogen in de opengestelde periode slechts worden gedood door de jachthouder en de artikel 36 lid 2 vergunninghouder of de in hun gezelschap bevindende jachtaktehouders. De 40 ha regeling is hierop van toepassing voor zover het geweer gebruikt wordt.

  • Haas 15 oktober t/m 31 december
  • Fazant hen 15 oktober t/m 31 december
  • Fazant haan 15 oktober t/m 31 januari
  • Wilde eend 15 augustus t/m 31 januari
  • Houtduif 15 oktober t/m 31 januari
  • Konijn 15 augustus t/m 31 januari

Jagen is toegestaan tussen zonsopkomst en zonsondergang.
M.u.v. de jacht op wilde eenden deze is toegestaan vanaf ½ uur voor zonsopkomst tot ½ uur na zonsondergang.
Voor meer informatie over jagen kunt u terecht op de websites van de KNJV en de NOJG en natuurlijk de Flora-en Faunawet.
Voor de soorten houtduif en konijn geldt in principe een schoontijd. Maar omdat houtduif en konijn het gehele jaar door belangrijke schade aan de landbouw aanrichten staan ze op de landelijke vrijstellingslijst. Dit betekent dat deze dieren, zonder verdere "vergunningrompslomp" het hele jaar mogen worden gedood indien er binnen het werkgebied van de WBE schade is of dreigt in het huidige of het komende jaar. Indien gebruik gemaakt wordt van een geweer is een jachtakte vereist evenals een schriftelijke toestemming van de grondgebruiker. Tevens is de 40 ha-regeling van toepassing.

Artikel 53

1.Het is verboden te jagen:
op wild waarop de jacht niet is geopend of in strijd met beperkingen waaronder
krachtens artikel 46 de jacht is geopend; met andere dan de tot jagen geoorloofde middelen, bedoeld in artikel 50, eerste lid;
met een geweer of een jachtvogel in een jachtveld dat niet voldoet aan de krachtens artikel 49 gestelde regels;
op zondagen, de nieuwjaarsdag, de tweede paas- en pinksterdag, de beide
kerstdagen en de Hemelvaartsdag;

op begraafplaatsen;

voor zonsopgang en na zonsondergang;

indien de grond met sneeuw is bedekt;

op wild dat zich ten gevolge van hoge waterstand ophoudt op hoog gelegen
gedeelten van het terrein;

op wild voor zover dat zich bevindt in of in de nabijheid van wakken of bijten in het ijs;

op wild voor zover dat als gevolg van onvoldoende bevedering niet in staat is te
vliegen;

op wild dat als gevolg van weersomstandigheden in uitgeputte toestand verkeert;

binnen een straal van 200 meter rond plaatsen waar voer of aas is of wordt verstrekt met als oogmerk wild te lokken;

met het geweer in de bebouwde kommen der gemeenten en in de onmiddellijk aan die kommen grenzende terreinen;

vanaf of vanuit een motorrijtuig dan wel een ander voertuig;

vanaf of vanuit een vaartuig;

vanuit een luchtvaartuig;

met een geweer binnen de afpalingskring van een geregistreerde eendenkooi;

of voor zover bij of krachtens algemene maatregel van bestuur niet anders bepaald.

2.Bij algemene maatregel van bestuur kan de uitoefening van de jacht aan andere beperkingen dan bepaald in het eerste lid, worden gebonden voor zover dit noodzakelijk is ter uitvoering van internationale verplichtingen of bindende besluiten van organen van de Europese Unie of andere volkenrechtelijke organisaties, of indien dit noodzakelijk is in verband met de instandhouding van wild of de veiligheid.

3.Ieder, die door middel van een geregistreerde eendenkooi dieren, behorend tot soorten waarop met een eendenkooi mag worden gejaagd, heeft gevangen, is verplicht die dieren, tenzij zij na het vangen terstond worden gedood, onverwijld in vrijheid te stellen.


De wildbeheereenheid is de vereniging van lokale jachthouders en jagers die uitvoering geeft aan verantwoord en duurzaam wildbeheer.